Het Wim Duisenberghof
Haren heeft er weer een straatje bij. Dit keer niet in Haren Noord, maar gewoon, in het oude dorp, bij de Middelhorsterweg. Het is een straatje, jawel. Dat klinkt denigrerend, maar ik noem het zo, omdat het doodloopt. Stedenbouwers noemen zo’n doodlopend straatje een Cul-de-Sac. Dat klinkt al beter. Een Cul-de-Sac heeft aan het eind een pleintje om met de auto te keren. Dit straatje heeft ook een keerpunt aan het eind.
Er moet mij van het hart dat ik, tijdens de bouw, weinig waardering had voor het stedenbouwkundig ontwerp. Het was er zó nauw, dat ik mij niet kon voorstellen dat iemand hier wilde wonen. Maar nu het klaar is, is dat gevoel (ten dele) verdwenen. De foto toont het goede gedeelte van het straatje. Hier staan de huizen netjes met de voorgevels in de bocht. De kappen staan keurig in de radiaal. Omdat de huizen relatief dicht bij elkaar staan is het goed dat de architectuur gelijk is. Met de baksteenkleur wordt enigszins gevarieerd. Prima, zou ik zeggen. Maar ik word niet gelukkig van het begin van het straatje. De projectontwikkelaar kwam er duidelijk niet uit. Hij koos wat andere types uit zijn catalogus, maar het hielp niks. De huizen staan op te kleine kavels, vlak aan de weg. De tuintjes zijn de overgebleven ruimtes van de kavel, maar ze bieden weinig gebruiksmogelijkheden en privacy. De ramen van de woonkamers zijn, net als in de grote stad, afgeschermd tegen de inkijk. Schuttingen, auto’s en zelfs een camperstalling verrommelen het beeld. Maar goed: even de adem inhouden, in de flessenhals, en je arriveert op ruimer terrein. Aan het eind van het pleintje staat, in een hoekje weggedrukt, gelukkig ook nog 1 mooi huis, dat duidelijk niet uit een catalogus komt. Een vreemde, maar schone eend in de bijt.
Het straatje is gerealiseerd op de plek van de voormalige bloemenkwekerij van der Mei. Door een schattig wit huisje aan de Middelhorsterweg te slopen werd de toegang gecreëerd. Als straatnaam koos men een verwijzing naar de bioloog, die bekend was van zijn radiopraatjes (die altijd eindigden met: “al wat leeft en groeit en ons altijd weer boeit”): het Fop. I. Brouwerhof. Ik vermoedde dat hij in het gesloopte huis had gewoond, maar dat is niet zo; hij woonde verderop, aan de Stationsweg. Nee, in het gesloopte huis woonde ooit een andere bekende Nederlander: de voormalige minister van Financiën, president van de Nederlandse Bank en later van de Europese Centrale Bank, Wim Duisenberg. Het zou wel gepast hebben bij Haren, om deze autoriteit, die over het geld ging in Nederland en in Europa de Euro invoerde, te vernoemen. Het kan nog steeds: tijd om op de schreden terug te keren in de Cul-de-Sac!